zondag 21 februari 2010

Jakarta: voetbalhooligans Azie-stijl

Eind vorige week had ik een trip naar Jakarta. Ik ben verzocht om in alle landen een training van een paar dagen te verzorgen en na thuisland Thailand was Indonesie aan de beurt. Op zich zijn dit soort tripjes meestal weinig memorabel. Vliegtuig, taxi, hotel, kantoor. Meer is het niet. Deze trip leek ook zo te verlopen. Donderdagavond rond middernacht aangekomen en dan nog een visum halen en naar het hotel. Vrijdagochtend naar kantoor en om 18.30 uur weer met de taxi terug naar het hotel. Tenminste, dat was de bedoeling. Een half uur nadat ik was aangesloten aan de rij bij de taxistandplaats was er nog maar één taxi langs gekomen. Je hoort me waarschijnlijk al inwendig vloeken. Na twee jaar in het buitenland vechten het Nederlands en het Engels hierbij om voorrang. Mijn Thais is nog niet zover.

Uiteindelijk hebben collega's een motorbike taxi voor me geregeld. Ik met mijn laptop achterop op zo'n klein brommertje. Het werd een geweldige reis, afwisselend door nauwe straatjes en slalommend door het vaststaande verkeer op drukke wegen. In taxis zie je bijna alleen maar de grote wegen met een erehaag van hoge kantoorgebouwen. Op de motorbike zag ik het echte Jakarta. Ik had weer eens het gevoel dat ik had toen ik voor het eerst in Bangkok was en keek mijn ogen uit. Fantastisch om achterop de brommer de chaos van Jakarta te ondergaan en de indrukken in me op te nemen. Onderweg botsen we bij het slalommen door de file eerst achterop een auto, om even later van achter stevig getoucheerd te worden door een andere brommer. In het Westen geheid goed voor wat stevige scheldpartijen of erger. Hier niet. Geen noemenswaardige schade = geen probleem. Mijn 'mannetje' zegt in het Indonesisch wat tegen mij. Ik begrijp hem niet, maar veronderstel dat hij me gerust wil stellen. Niet nodig, ik geniet met volle teugen van de complete verkeerschaos die Bangkok op een bijzonder goed georganiseerde stad doet lijken. Dit is niet zomaar een rit van A naar B, dit is top entertainment! Sightseeing en adventure tourism ineen.

Onderweg trekken al snel de vele oude bussen propvol met jeugd mijn aandacht. Ze hangen uit de ramen, zitten op het dak en maken lawaai met ieder voorwerp dat zich daarvoor leent. Ze rijden door de hele stad. Is het een politieke demonstratie? Het lijkt erop, maar wel vreemd dat de demonstranten allemaal tieners lijken te zijn. Zou het een soort carnaval zijn? Het valt me op dat ze allemaal oranje shirts aan hebben. Het is natuurlijk een Nederlandse kolonie geweest, maar het WK begint nog lang niet en het lijkt me sterk dat de zilveren medaille van Annette Gerritsen aan deze kant van de wereld uitzinnige vreugde teweeg brengt. Tot aan het hotel rijden de feestende of protesterende bussen (ik ben er nog niet uit) zonder zichtbare wrijvingen tussen het andere verkeer. Ik geef mijn chauffeur bij aankomst bij het hotel, ondanks een bijna fatale manouvre in de laatste 100 meter, een welverdiende tip en spoed me met mijn prangende vraag naar binnen. De liftbediende brengt uitkomst. 'Dat zijn supporters, sir.' Waarvan? 'Van voetbal, sir. Het team uit Jakarta heeft zojuist gewonnen van een team uit Sumatra.' Oh, zijn ze nu dan kampioen ofzo? Hij kijkt me aan alsof ik een rare vraag stel. Het blijkt om een doorsnee competitie potje te gaan. Feyenoord - Groningen, of zoiets. De volgende ochtend sla ik nieuwsgierig de sportpagina van Jakarta Post open. De wedstrijd blijkt voor de Engelstalige pers niet belangrijk genoeg om een woord aan vuil te maken. Ik probeer me voor te stellen hoe ze in Jakarta dan een kampioenschap vieren. Geen idee, maar het lijkt me wel geweldig om mee te maken. (Ook wat dit betreft kun een vergelijking met Rotterdam maken; niemand die weet hoe ze daar een kampioenschap vieren, maar wat zouden ze het toch graag een keer meemaken).

Op kantoor heb ik mij de Indonesische variant op de Westerse voetbalhooligan uit laten leggen. Het zijn zonder uitzondering tieners, die na vrijwel iedere gewonnen wedstrijd, hoe onbeduidend ook, als verzetje feestend door de stad rijden. Voor hen een variant op een avondje uit. Geheel volgens Zuidoost-Aziatische stijl gebeurt dit zonder geweld, maar met een hoop vrolijk kabaal. Het ergste vergrijp is dat ze de stadsbussen min of meer kapen zonder te betalen en op het dak klimmen. Er zal ongetwijfeld wel eens wat sneuvelen, maar zolang het binnen de perken blijft, laat de politie het op zijn beloop. Heden ten dage kun je in Indonesie gelukkig nog onbezorgd een strandfeest bezoeken en worden de trainingen nog niet verstoord door werklozen met capuchons op die eisen dat de spelers harder moeten werken.

Nog even wat anders. Je hebt vast wel eens meegemaakt dat je, bijvoorbeeld in een café of op een terras, in gesprek bent met vrienden en dat een meeluisterende buitenstaander zich ongevraagd en ongewenst in het gesprek mengt, zonder er een positieve bijdrage aan te leveren. Zo'n figuur die duidelijk om een praatje en aandacht verlegen zit. Je wilt dan zo snel mogelijk van zo'n persoon af, toch? Dat gevoel kreeg ik toen er op mijn vorige bericht een reactie volgde van Thailandblog.nl. Geheel in stijl van deze website bevatte de reactie slechts 'informatie' die wijd en zijd bekend is en niets toevoegde aan mijn bericht. Deze persoon wilde duidelijk even reclame maken voor zijn website. Daar hebben ze tegenwoordig een woord voor: spam. Laten we hopen dat we in het vervolg van dit soort betweterige prietpraat verschoond blijven. Mijn blog is tenslotte een soort gesprek onder familie, vrienden en bekenden. Buitenstaanders zijn altijd welkom, mits ze de sfeer van het gesprek aanvoelen en niet alleen deelnemen ter meerdere eer en glorie van zichzelf.

zondag 14 februari 2010

Dag des oordeels

Het is inmiddels bijna een jaar geleden dat Thailand voor het laatst op negatieve wijze wereldnieuws was vanwege demonstraties. In november 2008 werd het internationale vliegveld bezet, in april 2009 werd een Aziatische conferentie wreed verstoord, waarbij regeringsleiders haastig geevacueerd moesten worden. Sindsdien zijn er ondanks constante dreigementen van de red shirts geen geweldadige demonstraties meer geweest. Je zou dus de indruk kunnen hebben dat het hier rustig is, maar dat is dan een stilte voor de storm. De aankomende uitspraak van de rechter in de zaak tegen Thaksin staat gepland op 26 februari en werpt zijn schaduw ver vooruit. Ongeacht de uitkomst zal de uitspraak dramatischer zijn dan alle Thaise soaps bij elkaar (en dat is een behoorlijk statement).

De voormalige premier (2001 - 2006) wordt ervan beschuldigd zichzelf tijdens zijn bewind op ongeoorloofde manier verrijkt te hebben. Dit wordt door vrijwel niemand betwijfeld, zelfs zijn aanhangers zullen toch niet zo naief zijn, maar of het rechterlijk gezien voldoende bewezen kan worden, is nog de vraag. Daarnaast is de Thaise rechtspraak natuurlijk sterk verweven met allerlei politieke krachten, wat zo'n uitspraak nog onvoorspelbaarder maakt.

Er is een flinke lijst aan aanklachten. De belangrijkste betreft de vermeende overtreding van de regel dat een premier geen financiele belangen in bedrijven mag hebben tijdens zijn ambtstermijn. Thaksin had zijn belangen bij zijn aantreden verkocht...aan zijn eigen familie, naar verluid voor een prikkie. Ik hoef je natuurlijk niet te vertellen dat het de betreffende bedrijven tijdens zijn premierschap voor de wind ging en dat de financiele belangen met wonderbaarlijke proporties toenamen en tegen astronomische bedragen verkocht werden.

De staat heeft al enige tijd geleden de vermogens van Thaksin laten bevriezen en wil ze via de rechtszaak opeisen. We hebben het hier niet over een al dan niet onterecht gedeclareerde zonnebril van Wouter Bos, maar over de lieve som van 2,2 miljard dollar. De rechtzaak zet de toch al zo slechte verhoudingen tussen de gevestigde orde en de arme plattelandsbevolking nog maar eens extra op scherp. Bij een, te verwachten, veroordeling van Thaksin lijken geweldadige demonstraties onvermijdbaar. Voor de arme bevolking is Thaksin een echte Robin Hood. Dat hij bij de herallocatie van welvaart zichzelf zeker niet vergat is voor hen geen bezwaar. De rechtszaak is dus een een flinke lont in het kruitvat der nationale verdeeldheid. Een voor Thaksin nadelige uitspraak kan de boel wel eens tot ontploffing brengen. De voorzorgsmaatregelen van de regering zijn veelzeggend over de dreiging. Er zal een politiemacht van 20.000 man op de been gebracht worden om de woede in te kunnen dammen; 7.000 in Bangkok en 13.000 in de arme pro-Thaksin provincies. Terwijl de spanning in de media dagelijks opgebouwd wordt, houdt het land de adem in.

Sociale ongelijkheid in cijfers

In Thailand heerst een enorme verdeeldheid tussen arm en rijk. Deze al tijden borrelende vulkaan kan op 26 februari wel eens tot uitbarsting komen. Nee, niet vanwege de aankomst van mijn ouders, maar vanwege de uitspraak in een nu al legendarische rechtzaak, die wel eens tot grote onrust en gewelddadigheden kan leiden. In dat geval zal Thailand in de internationale media wederom in een negatief licht komen te staan, met alle economische schade vandien.

Meer over de geruchtmakende rechtzaak in mijn volgende stuk. Om de berichtgeving over de politieke situatie in Thailand beter te kunnen begrijpen, wil ik eerst de enorme kloof tussen arm en rijk illustreren middels een reeks veelzeggende cijfers:
- De rijkste 20% bezit 69% van 's lands vermogens, de armste 20% slechts 1%.
- Op 0,09% van de bankrekeningen staat meer dan 200.000 euro. Samen bevatten deze zeer selecte groep rekeningen 42% van het totale spaargeld in Thailand. Dat betekent dat 1 duizendste van alle bankrekeningen bijna de helft van al het spaargeld in Thailand vertegenwoordigen.
- 20% van de bevolking geniet meer dan 50% van het totale inkomen, de onderste 20% vergaart slechts 4% daarvan. Dit armste deel verdient gemiddeld 30 euro per maand.
- Het verschil in inkomen tussen de rijkste en armste families is 13 keer groter dan de omliggende landen (die ook niet bekend staan als socialistisch).

Als je deze cijfers tot je laat doordringen, is de enorme woede onder de bevolking in het armste deel van het land goed te begrijpen. Sociale ongelijkheid is te zwak uitgedrukt, noem het gerust economische onderdrukking. De welvaart in Thailand wordt generatie op generatie met ijzeren hand beheerst door een selecte kliek. Tot aan de opkomst van Thaksin hadden de armen niets te kiezen in deze nog jonge democratie. Hoewel hij zich nog onbeschaamder wentelde in corruptie dan de gevestigde politieke orde, gingen de arme provincies er onder zijn bewind wel flink op vooruit. Vandaar zijn grenzeloze populariteit en bijna onvoorwaardelijke steun in deze contreien.

Hoe nu verder? De politieke toekomst van Thailand is zeer onzeker. De aanhangers van Thaksin zijn vastberaden om de grote ongelijkheid niet meer te accepteren, maar de heersende orde zal zijn machtige positie natuurlijk niet uit handen willen geven. Zullen zij onder druk kiezen voor een gelijkmatige herverdeling van de welvaart of weigeren ze consessies te doen en barst uiteindelijk de bom?

Denk niet dat Thailand verdeeld is in twee kampen. Het grootste deel heeft met beide tegenpolen weinig op en houdt zich afzijdig. Een columnist in de Bangkok Post verwoordde de machteloosheid van de gemiddelde Thai goed: 'How will this political mess end? Will Thaksin Shinawatra finally return to haunt us with his bottomless greed? Or will the old, oppressive system that perpetuates social injustice prevail to suffocate us? Is there any way out of this madness?'

maandag 8 februari 2010

Gastschrijver Ed Paparazzi

Al ruim twee jaar lang houd ik middels dit blog het thuisfront op de hoogte van mijn capriolen in den vreemde. Zolang er nog een paar mensen zijn die op van die totaal verloren momenten mijn blog eens aanklikken, ga ik er maar mee door. Hoewel je misschien denkt dat ik na twee jaar Thailand geleerd hebt om alle ambities terzijde te schuiven en me te verliezen in Buddistisch relativatievermogen, vroeg ik me laatst toch af hoe ik mijn blog naar een hoger plan zou kunnen tillen. Toen ik las dat Robert Jensen weer terug komt op tv wist ik het: Ik heb een sidekick nodig!

Wie zou dat anders moeten zijn dan mijn partner in crime, Edwin de Vries. In plaats van zelf af en toe te vermelden hoe het hem hier vergaat, heb ik hem gevraagd om als gastschrijver op te treden. Een groot deel van mijn doelgroep (ja, zo noem je dat als je het in de mediawereld ver wilt schoppen) kent Edwin redelijk tot zeer goed, dus dat leek me wel aardig. Hij hangt sinds kort de luiwammes uit op Koh Samui, dus aan vrije tijd geen gebrek. Hierbij zijn bijdrage:

Uitgenodigd worden als gastschrijver voor het informatieve, beschouwende, goed geschreven en actief gelezen blog van Maarten is een grote eer die ik niet aan me voorbij wil laten gaan. Nochtans voel ik de druk van zijn kritische, veeleisende lezerspubliek.

Voor een groot deel van het lezerspubliek zal ik als voormalig lid van de tennisclub Unicum geen onbekende zijn. Uitgerekend op de heilige tennisbodem van Unicum TC is samen met Maarten de basis gelegd voor het reizen Azie en het zoeken naar een mogelijke nieuwe habitat in den vreemde. Hieronder een relaas van het hoe en waarom.

In 2005 ben ik voor het eerst richting Azie gereisd, te weten Indonesie, waar ik destijds erg onder de indruk was van de kleuren, geuren, het levenstempo, de bevolking en het eten. Terug in Nederland vond ik in Maarten een ervaren Azie reiziger. Maarten had reeds de nodige kilometers afgelegd op Aziatisch grondgebied en met zijn boeiende verhalen wist hij me gemakkelijk te enthousiasmeren om meer landen in Azie te gaan bezoeken. Gezien onze gedeelde reislust en vrijgezellen status, besloten we in 2006 samen een reis te maken naar Cambodja en Thailand. Hierbij hebben we in beide landen een groot gedeelte van de reis per motor afgelegd, met name in Cambodja was dit avontuurlijk, gezien de erbarmelijke staat van de wegen, dan wel het totale gebrek hiervan. Geruchten doen de ronde dat Parijs – Dakar 2011 wel eens in Cambodja en Vietnam gehouden zou kunnen worden, maar wellicht dat de omstandigheden te zwaar zijn voor de deelnemers. De door ons gehuurde off road motoren bleken geen overbodige luxe en waren uitermate geschikt voor de bare omstandigheden. In het begin nog de gaten in de weg ontwijkend, kwamen we er na een kwartier achter dat je zonder problemen recht door de gaten kon rijden met snelheden van rond 50 km/u, dit zonder enige schade aan de motor toe te brengen en uitsluiting van het risico op een wandelende nier. Onze korte stops in kleine afgelegen dorpjes zorgde regelmatig voor de nodige opwinding. Niet verwonderlijk overigens, met onze knie-en armprotectie leek het of we rechtstreeks uit een foute jaren ’80 Michael Jackson clip in Cambodja waren beland. Massale danspartijen bleven echter uit, eerder verschrikte kindergezichtjes en lachende volwassenen om zoveel potsierlijk vertoon.

Na Cambodja stond Thailand op het programma. Tijdens ons verblijf aldaar hebben we het Noorden per motor bezocht gevolgd door Bangkok. Het viel me toen al op dat de Thai uitermate vriendelijk zijn, het land heeft niet voor niets het stempel “het land van de glimlach”. Daarnaast is het zonzeker, is het thaise eten goddelijk en is het er goedkoop (“ons nederlanders ben zuunig”). Maarten heeft hier uitgebreid over geschreven op zijn blog.

Thuisgekomen in Nederland ontdekte ik dat er inmiddels een onomkeerbaar denkproces was gestart waarbij de voor- en nadelen van leven in Nederland versus Thailand werden afgewogen. De in het westerse denken hoog aangeslagen maatschappelijke carriere als verondersteld pad naar een gelukkig en zeer strak gepland leven (Nederland is het land waar de meeste verzekeringspolissen worden verkocht), stonden te ver van me af om dit nog langer te ambieren. Daarnaast waren Nederland en het westen me na een verblijf van 43 jaar wel bekend en wilde ik “Change” ofwel een nieuwe omgeving, cultuur en een andere levensopvatting.

In Maarten had ik een enthousiaste bondgenoot gevonden voor het opbouwen van een mogelijk bestaan in Thailand. Begin 2007 was het besluit genomen, we zouden in oktober 2007 naar Bangkok vertrekken en daar gaan starten met het geven van inburgeringscursussen voor de overwegend thaise dames die zich in Nederland wilden vestigen met hun nederlandse vriend/echtgenoot. Het liep echter allemaal niet zoals gepland, tussen de planvorming en onze feitelijke reisdatum werd mijn hart veroverd door een turkse schone waarop ik met gemengde gevoelens besloot in Nederland te blijven. Maarten respecteerde mijn keuze, hetgeen voor hem overigens geen reden was om zijn plan te wijzigen.

De relatie bleek geen lang leven beschoren. Het idee om een mogelijk leven in Thailand op te bouwen was nimmer van mijn radar. In april 2009 nam ik ontslag en besloot om een jaar uit het arbeidsproces te stappen om te relaxen en te bepalen of Thailand geschikt is voor een langer verblijf. Inmiddels ben ik alweer 8 maanden in Thailand, waarvan ruim 7 maanden in Bangkok. Maarten als ervaringsdeskundige, met zijn 2 jaar in Thailand, bleek buiten goed gezelschap eveneens een goede gids voor het leven hier. Via hem vond ik een apartement, maakte ik na 10 jaar afwezigheid een glansrijk debuut tijdens een voetbaltoernooi en leerde ik wat verliezen is met poolen. Echter belangrijker nog is dat we Thailand allebei een interessant land vinden, waar we iedere dag weer nieuwe indrukken opdoen die ons de nodige gespreksstof verschaffen en ons het gevoel geven hier te willen blijven. Thailand is dan wel niet zo gereguleerd als menig westers land, maar alles functioneert hier prima. Hier kan je nog gewoon passagiers meenemen achter in je pick-up truck, zonder dat de politie je bekeurt, een ijssie eten voor 12 cent en worden er op butagas de lekkerste maaltijden langs de kant van de weg bereid. In Nederland wordt je tegenwoordig al bekeurd als je 5 km/u te hard rijdt en moet een restaurateur een bibliotheek aan papierwerk bijhouden om aan alle regelgeving te voldoen, dit alles om de schatkist verder te spekken en de burger verder te beschermen? Maar tegen welke prijs? Wellicht herkennen de oudere lezers in het Thailand van nu het Nederland van de jaren ’50 en ’60 waar een mentaliteit heerste van niet lullen maar poetsen ofwel hard werken en niet zeuren over futiliteiten. Ofwel 2 verschillende werelden met beiden hun voor- en nadelen. Voor diegenen die reeds een bezoek aan Thailand hebben gebracht zal dit reeds bekend zijn, voor diegenen die nog geen bezoek hebben gebracht aan het land van de glimlach reden temeer om eens een bezoek te brengen en zich onder te dompelen in al het hierboven genoemde.

Momenteel bevind ik me op het exotische eiland Koh Samui waar ik me verder aan het orienteren ben op de mogelijkheden om in mijn dagelijks levensonderhoud te kunnen voorzien. Een van de ideeen is een internet winkel te starten op e-Bay, waar ik schilderijen wil gaan aanbieden die ik op aanvraag kunnen worden gemaakt door de diverse ateliers op Samui. Daarnaast heb ik gisteren een bezoekje gebracht aan de enige tennisclub die het eiland rijk is en hoog opgegeven over mijn kwaliteiten als tennisser. Hierbij bovenal mijn vermaarde slice backhand benadrukt, zag op de Australian Open dat de slice backhand weer helemaal terug is, dus dat zit wel goed. Toeval wil dat de lokale thaise trainer eergisteren vertrokken was. Nu dus vraag en aanbod bij elkaar zien te brengen. Komende zaterdag ga ik voorspelen en na wederzijdse goedkeuring verder onderhandelen om daarna hopenlijk het thaise tennis te kunnen gaan verrijken met een goed uitgevoerde slice backhand. Voor de nodige risicospreiding ga ik me eveneens bij 2 hotels aanbieden als hitting partner voor 1000 baht per uur, mooi toch een balletje slaan en er voor betaald krijgen.

Gezien het lage prijspeil in Thailand heb je niet veel nodig, met 600 euro per maand kan je hier leven als god in Thailand. Momenteel huur ik een vrijstaand huis met een riant terras voor 160 euro per maand, beschik ik voor 60 euro per maand over een brommer en kost eten en drinken me dagelijks ongeveer 4 euro. Het doel is om met de e-Bay winkel al dan niet in combinatie met het tennissen de benodigde 600 euro per maand te verdienen en hier verder te genieten van de zon, zee, het lekkere eten en de goedlachse thai. Mijn eerste reis naar Azie lijkt alweer eeuwen achter me te liggen, het stemt met tevreden dat ik nu hier ben. Dit gevoel wordt verder aangewakkerd denkend aan het nu koude en donkere Nederland. Je hebt niet veel nodig om gelukkig te zijn: een warm zonnetje op je huid , een banana shake en pad thai.....................


Filmpje van Edwin's nieuwe onderkomen op Koh Samui: