donderdag 29 april 2010

Polshoogte

Ik heb een tijd geleden al geschreven dat ik in juni naar Nederland kom. Nu de vakantie naar mijn moederland met rasse schreden dichterbij komt, lijkt het me handig om de exacte data even aan te geven. Als
het vliegveld in Bangkok niet bezet is en er in Europa geen grote vulkaanuitbarstingen zijn, zal ik op woensdag 16 juni rond middernacht in Leiden arriveren. Op dinsdag 29 juni zal ik de terugreis aanvaarden.

Het is bijna twee jaar geleden dat ik voet op Nederlandse bodem zette. Ik kijk er naar uit om familie en vrienden weer te zien, het vertrouwde gravel van
Unicum weer tussen de tenen te voelen en de verrichtingen van Oranje op het WK te bekijken, als ik tijd heb tussen de babybezoeken door. Ik kom echter ook om polshoogte te nemen van de schijnbaar deplorabele toestand waarin de Nederlandse samenleving verkeert. Ik mag graag zo nu en dan de draak steken met bepaalde aspecten van de Thaise samenleving en het is hier op politiek gebied momenteel natuurlijk
een grote klerezooi, echter, als je van afstand middels berichtgeving op internet het wel en wee der Lage Landen volgt, krijg je toch een raar beeld van Nederland.

Een korte bloemlezing:
- Een politicus die tegen hoofddoekjes is, maar zelf met een middeleeuwse peroxidepruik op loopt.
- Een bejaarde die de centerfold van de Playboy 'siert'.
- Een strandfeest waarbij de politie zonder aanleiding bijkans gelyncht wordt.
- Een meisje van 15 dat eist dat ze in haar uppie de wereld over mag zeilen.
- Een theater in Rotterdam waar moslima's eigen stoelen hebben omdat ze niet naast een man willen zitten.
- Dat iemand op Koninginnedag een aanslag pleegt op de dubbeldekker met de koninklijke familie is nog tot daar aan toe, ... maar met een Suzuki Swift?
- Een kardinaal die het jarenlang gedogen van kindermisbruik ontkent is nog daar aan toe, ... maar met de woorden 'Wir haben es nicht gewusst'?
- Een rechter die een kindermoordenaar beschermt als hij hem in ruil daarvoor in zijn kont mag neuken (heb ik dat goed begrepen, Peter?).
- Diezelfde kindermoordenaar die 1,5 miljoen euro zou krijgen als zijn weliswaar stiekem gefilmde, doch vrijwillige bekentenis op tv zou worden uitgezonden.
- Ambulance medewerkers die hun stinkende best doen om iemand's leven te redden, worden door diens familie met de dood bedreigd indien hun pogingen vergeefs zouden blijken.
- Een volkszanger (en irritantste BN-er) die in zijn tv programma's nooit verder komt dan poep-en-plas grappen over zijn sexuele geaardheid (lekker belangrijk) meent een bundel infantiele gedichten uit te moeten brengen, ... die nog goed verkoopt ook.
- De zangeres van het songfestivallied (over infantiel gesproken) wil een Engelse vertaling van Sha La Lie, want "dan begrijpen mensen in andere landere waar het liedje over gaat".

Voor voetbal, bij uitstek een gekkenhuis, heb ik een aparte categorie:
- Een legendarische oud-voetballer die drie maal tot Europees voetballer van het jaar is verkozen, moet met een zooitje werkloze 'capuchonnetjes' een gesprek aan waarin ze hem vertellen hoe hij zijn werk moet doen.
- Een bekerfinale die zo nodig in tweeen gespeeld moet worden uit angst voor vandalisme, ... en vervolgens na 7 minuten al gespeeld is.
- Er komt tijdens het WK in Zuid-Afrika een Oranje camping, ... in het Amsterdamse bos.

Naar aanleiding van de vijandigheden in Bangkok heb ik de afgelopen week nogal wat verontruste emails ontvangen. Niet geheel onterecht, aangezien ik gisteren letterlijk het metro station in moest vluchten omdat nog geen 50 meter verder beschietingen begonnen. Op basis van bovenstaande opsomming ben ik echter ook behoorlijk bezorgd om jullie. Hoog tijd dus om eens te komen kijken of het wel goed gaat met jullie. Ik ben er niet gerust op.

vrijdag 23 april 2010

Werken in een oorlog zone (3)

Gisteren begon ik om 19 uur aan een nieuw stukje op mijn blog over de ontwikkelingen op Silom (zie hier onder). Ik was nog alleen op kantoor, mijn collega's waren al naar huis omdat ze bang waren voor geweld. Om 19.30 sluit ik af en loop ik naar buiten, waar de marktkraampjes van de dagelijkse avondmarkt worden opgezet tussen het prikkeldraad. Ik loop naar de kruising Sala Daeng om te kijken hoe de situatie is en om nog wat beeldmateriaal te schieten dat ik later thuis aan mijn bericht kan toevoegen.

Bij de kruising kijk ik naar de demonstranten, gewone Bangkok burgers die willen dat er een eind komt aan de bezetting door de red shirts. Ik zie dat er mensen zijn die vlak voor de omheining van de red shirts staan. Ik vind het vreemd dat de politie dit toelaat, maar kan de verleiding niet weerstaan om er ook heen te lopen en van dichtbij een foto te maken van de barricade van bamboe en autobanden. Sinds vanochtend heeft de politie een aantal van hun bussen voor de afzetting gezet om de partijen uit elkaar te kunnen houden. Ik heb om 20.30 voetbaltraining en loop de 150 meter terug naar het skytrain station, want ik moet uiterlijk 20 uur de trein hebben.

Na de training hoor ik van iemand over bommen bij Sala Daeng. Ik spoed me naar huis en zie de beelden op tv. Overigens maar op één van de vier kanalen, de rest toont de geplande soaps en spelletjes. In Nederland zouden op vrijwel alle zenders geimproviseerde, avondvullende nieuwsuitzendingen zijn zonder reclame. Hier gaan ze wat anders om met dit soort ingrijpende gebeurtenissen. Het blijkt dat er vier granaten zijn afgeschoten, vanuit het kamp van de red shirts en vanaf het dak van een gebouw op Silom. In eerste instantie wordt er één dode gemeld, maar gezien het grote aantal ernstig gewonden zal dat ongetwijfeld oplopen.

Later lees ik op de site van de Bangkok Post dat drie van de vier granaten om 20 uur zijn ontploft. Ik kijk op mijn camera en zie dat mijn laatste filmpje exact om 19.45 gemaakt is. Daarna heb ik nog even rondgekeken voordat ik naar de skytrain ging. Op het bijgaande kaartje (aanklikken) in de Bangkok Post zie ik dat twee van die drie granaten ontploften op plekken waar ik langs liep op weg naar het station, volgens de berichtgeving dus enkele minuten nadat ik erlangs liep. Ik heb dus geluk gehad. Vreemd gevoel dat ik zomaar een granaat op mijn pan had kunnen krijgen. Op het kaartje kun je zien waar de explosieven zijn geland. Het kantoor van InsightAsia bevindt zich exact op de 'S' van 'BTS'. Vandaag maar een dagje thuis werken, vind je ook niet?

donderdag 22 april 2010

Werken in een oorlog zone (2)

Donderdag was weer een bijzondere dag op werk. Nadat het leger zich op maandag op Silom geinstalleerd had, hebben we met het bedrijf twee dagen in een gehuurd kantoor in een ander deel van de stad gewerkt. Vandaag keerden we dan weer terug op het nest, in de veronderstelling dat het leger alles onder controle heeft en de red shirts het niet in hun hoofd halen om iets richting Silom te ondernemen.

Gelukkig was het metrostation weer open. Tijdens de korte wandeling naar kantoor vergaapte ik me net als iedereen weer aan het militaire vertoon, dat sinds maandag verder uitgebreid bleek. Ik zag dat behalve het leger ook de red shirts niet stil hadden gezeten. Aan hun kant van de kruising hadden ze hekken gebouwd van bamboe stokken en die verstevigd met autobanden en andere materialen. Daar krijgt het leger nog een aardige klus aan om doorheen te breken. De messen worden aan beide kanten duidelijk geslepen voor de grote confrontatie die volgens velen niet lang meer op zich zal laten wachten. Het wil nog niet echt wennen, de ingang van ons kantoor in Yada Building bewaakt door twee soldaten met geweer.

Ik schreef eerder al dat de inwoners van Bangkok inmiddels ruimschoots door hun, toch niet geringe, Thaise geduld heen zijn. Dat ongenoegen werd uitbundig geuit rond het middaguur. Vlak voor lunchtijd parkeerde er een wagen met geluidsinstallatie precies voor Silom Complex, en dus ook exact voor ons kantoor. Een spontaan ogende demonstratie begon. Vanuit alle aanliggende kantoorgebouwen van Silom stroomden de Thai naar buiten om een Thais vlaggetje aan te pakken en zwaaiend en zingend hun diepe ongenoegen over het doen en laten van de red shirts kenbaar te maken. Het begon met een groep mensen voor de shopping mall en op de trappen van het skytrain station. Nog geen half uur later stond Silom volledig vast en kon er bijna geen verkeer meer door. De gepassioneerde toespraak werd luid toegejuigd, er werd gezongen en gejoeld. Mijn Thais is lang niet toereikend om de speech precies te volgen (en zal dat ook nooit worden), maar de flarden die ik kon opvangen lieten niets aan duidelijkheid te wensen over. Thaksin heeft in Thailand niets meer te zoeken en de red shirts moeten naar huis en via de stembus hun gelijk proberen te halen, aldus de spreker.

Terwijl ik tussen de opgewonde menigte stond, vroeg ik me af hoe de red shirts de demonstratie zouden ervaren. Ze staan per slot van rekening slechts 200 meter verderop en de menigte van duizenden op Silom moet in de verre omgeving te horen zijn geweest. Zouden ze enigzins geintimideerd zijn? Een bepaalde regeringsgezinde groepering stuurt daar wel op aan en heeft al gedreigd dat als het leger de red shirts niet verjaagd, zij dat wel 'even' zullen doen. Kortom, hoewel de dreiging van red shirts op Silom door de overmacht van soldaten zo goed als verdwenen is, hangt er toch constant een geweldadige confrontatie in de lucht. Zo ging ons kantoor vandaag weer vroeg dicht omdat er volgens mijn collega's weer gedemonstreerd zou worden en het nu wel eens gevaarlijk zou kunnen worden.

De soldaten zijn niet te benijden. Bangkok voelt in april aan als een oven, en dat is geen overdreven statement. Als je dan in je dikke, kogelvrije pak de hele dag op straat moet staan, vraag je jezelf denk ik wel af of je niet beter een vak had kunnen leren. Gelukkig krijgen ze veel steunbetuigingen van het publiek. Niet alleen verbaal, maar ook in materialistische zin. Van maaltijden, gekoelde dranken en snoepgoed tot rozen. Rode shirts zijn in Bangkok uit den boze, rode rozen kunnen blijkbaar nog net.

Onderstaand filmpje geeft een indruk van de lunchdemonstratie, die kleinschalig begon en snel uitgroeide tot een massaal protest. Het filmpje eindigt met een blik op het kruispunt Sala Daeng, met de afzetting van de red shirts die door een aantal politiebussen afgeschermd wordt van de demonstrerende menigte op Silom.

maandag 19 april 2010

Werken in een oorlog zone (1)

De afgelopen weken heb ik veel emails ontvangen met de vragen of ik veel van de onrust merk en of het gevaarlijk is. Tot nu toe heb ik niet veel last gehad van de demonstraties en heb ik me al helemaal niet onveilig gevoeld. Vandaag veranderde dat. Toen ik net als iedere werkdag niets vermoedend via de roltrap metro station Silom verliet, barstte het van de soldaten en de Thaise variant van de ME. De red shirts huizen al bijna twee weken rond het verderop gelegen Ratchaprasong kruispunt en dreigen op te rukken naar Silom Road, het zakelijke centrum van Bangkok waar het kantoor van InsightAsia naast het skytrain station Sala Daeng ligt.

Het leger heeft de afgelopen week kolossale blunders begaan: 25 doden, 800+ gewonden en ze lieten de leiders van de red shirts bij een omsingeling van hun hotel ontsnappen. Ze hebben sindsdien de red shirts in het gebied rond Ratchasaprong hun gang laten gaan, maar geven nu ondubbelzinnig aan dat Silom Road een brug te ver is. Het gebied van zo'n 200 meter tussen het metro station op de kruising en het skytrain station verder op Silom Road ziet eruit als een oorlogsgebied. Honderden soldaten, prikkeldraad, stukken weg die afgezet zijn. De loopbrug tussen metro en skytrain station is beperkt toegankelijk en bevolkt door soldaten, de meeste gewapend met een geweer. Ondertussen begeven de forensen zich net zoals iedere werkdag met duizenden richting hun werk, net als ik gedesorienteerd om zich heen kijkend en foto's makend van dit bizarre tafereel.

De neutrale inwoners van Bangkok hebben de rode invasie tot nu toe gelaten over zich heen laten komen, maar beginnen zich nu te roeren, spuugzat als ze het zijn. Afgelopen weekend waren ze met duizenden aanwezig op de grote rotonde bij het Victory Monument. Vandaag was er op Silom Road tijdens de lunchpauze een schijnbaar spontaan protest precies aan de overkant van mijn kantoor, voor de shopping mall Silom Complex. Kantoorpersoneel greep de dagelijkse werkonderbreking aan om met Thaise vlaggetjes te zwaaien en te zingen. Na de lunchpauze gingen ze allemaal weer braaf aan de slag.

Ondertussen zijn zo ongeveer alle kleuren bezet door de diverse groepen. Rood voor de rebellerende armen, geel voor de regeringsgezinden en wit voor de neutralen die de demonstraties beu zijn. Ik voel me onderhand net een vrouw als ik 's ochtends voor een volle kledingkast sta. Ik heb niks om aan te trekken. Bijna geen kleur is neutraal meer. Laat het WK maar beginnen, loop ik hier elke dag in het oranje. Ik kijk ernaar uit om in juni in Nederland iedere dag een rood shirt aan te trekken.

Mijn bedrijf heeft snel vervangende kantoorruimte geboekt ergens anders in de stad. Gedurende de dag besloten steeds meer kantoren om dinsdag gesloten te blijven, waarschijnlijk langer. Behalve de soldaten zal Silom Road morgen uitgestorven zijn. Toen ik naar huis wilde was het metrostation dicht en wemelde het op de loopbrug tussen skytrain en metro station nog meer van de soldaten. In de buurt van de kruising, waar de red shirts zich aan de andere kant ophouden, zijn op de loopbrug zwarte doeken opgetrokken. De soldaten die er vlak achter staan kunnen er doorheen kijken, maar vanaf de straat kun je in je rooie shirtje niet zien wat er daar boven allemaal gebeurt.

Zo komt het politieke conflict en de daaruit voortvloeiende dreiging van geweld voor mij toch erg dichtbij. Het deed wat onwerkelijk aan. Aan de ene kant van het kruispunt Silom Road, een mengeling van soldaten en kantoorpersoneel. Aan de andere kant langs Lumpini Park de red shirts die zich in toenemende aantallen aan de rand van de kruising melden. De partijen worden nog gescheiden door de brede weg Rama 4, momenteel een soort niemandsland waar ondanks de dreiging het drukke verkeer overheen beweegt alsof het een normale dag is.

Bijgaand wat foto's en een filmpje. De laatste foto is een overzichtskaartje. De rode lijn geeft aan waar de red shirts zich bevinden, de groene lijn de soldaten en de roze cirkel geeft de locatie van InsightAsia aan. Het filmpje begint met het lunchprotest, vervolgens zie je de soldaten op de loopbrug, het laatste stukje laat de red shirts zien aan de andere kant van de kruising (in het donker zijn de soldaten beneden op straat moeilijk zichtbaar). De kwaliteit is niet denderend, maar hopelijk geeft het een idee van de situatie.

zaterdag 17 april 2010

Ground Zero

Een week na de dramatische chaos van zaterdag 10 april, die 23 levens en meer dan 800 gewonden eiste, kon ik mijn nieuwsgierigheid niet langer bedwingen. Ik had er op internet over gelezen en foto's en video's gezien, maar ik wilde toch zelf wel eens ervaren hoe het er momenteel aan toe gaat in het toeristische centrum Ratchaprasong, met zijn luxe hotels en dito shopping malls het Kao San Road van de welgestelde toerist, en dus ook een belangrijke economische ader van de stad. Dus nam ik na een potje fitness vier haltes met de skytrain naar Siam
Square, officieus het meest centrale punt van Bangkok.
De hekken van het station waren bijna allemaal dicht. De reizigers konden via één open gelaten hek naar binnen en buiten. Indien er weer ongeregeldheden uitbreken, kunnen ze het station in no-time afsluiten. Vervolgens heb ik een stukje over de loopbrug gewandeld die de stations Siam Square en Chit Lom met elkaar verbindt. Tussen deze stations liggen de grote shopping malls en vanaf de brug kun je ze makkelijk binnen lopen zonder dat je door het drukke verkeer gehinderd wordt, ware het niet dat de shopping malls vanwege de huidige spanningen gesloten zijn. Vandaag deed de brug voor mij en anderen dienst om een veilige afstand te houden tot de red shirts die de straat beneden al meer dan een week in beslag hebben genomen. Het deed voor mij een beetje aan alsof ik in een dierentuin aapjes stond te bekijken, van tien meter hoog. Er zou toch geen Bokito tussen lopen?

Mijn indruk was dat van een gemoedelijke, doch saaie braderie. Vele red shirts zitten wat langs de kant van de weg, waar velen van hen al dagen geslapen zullen hebben. Er tussendoor lopen allerlei mensen. Vooral Thai met een shirt, sjaal, pet of iets anders dat aangeeft dat Thaksin hun man is. Ook enkele nieuwsgierige buitenlanders zoals ik. Na een paar minuten als de spreekwoordelijke kat vanuit de boom naar beneden gekeken te hebben, durfde ik de afdaling wel aan. De eerste de beste Thai die ik tegenkwam stak echter zijn hand op, alsof hij me er niet door wilde laten. Ik schrok even en zette snel mijn import-Thai glimlach op. 'Sawadie kap', lachte ik hem toe. 'Thank you' zei hij, mijn groet blijkbaar interpreterend als een steunbetuiging aan de red shirts. Hij gaf me een hand en liet me door. Een glimlach is in Thailand vrijwel altijd het beste wapen.

Later bleek hij gelukkig de enige die even wilde kijken wat voor farang-vlees hij in de kuip had. Zonder probleem slenterde ik over ground zero, langs de vele stands met vooral rode artikelen, maar ook allerlei meer modieuze kleding in andere kleuren. Handel is handel, zeker ook in Thailand. Hier en daar werd druk gekookt in grote wokken. Er was een stand waar men druk met fotoshop in de weer was geweest om Thaise politici belachelijk te maken. Een masturberende dame met het hoofd van een Thaise minister of legerleider. Dat soort werk, je kent het wel. Even verder waren echte foto's te zien, van een zeer luguber soort. Dode slachtoffers met kogelwonden in hun hoofd en andere lichaamsdelen. Ik durfde er eerst geen foto van te maken, maar als echte oorlogsfotograaf overwon ik de angst en drukte snel af (zie foto), om het toestel weer zo rap mogelijk in mijn zak te doen en door te lopen.

Geen idee wat ze ervan vinden als je daar als buitenlander foto's van maakt. Ik probeerde me in hen te verplaatsen en nam aan dat ze het geen probleem vinden. Ze hangen die foto's toch op om aan iedereen te laten zien wat de consequenties van het geweld zijn geweest en ik stond niet uitgebreid foto's te maken, maar nam zo achteloos mogelijk snel een kiekje. Aan de andere kant, ik begrijp ook niet wat ze bezielt om onvoorwaardelijk achter Thaksin te staan, dus laat ik mezelf niet wijs maken dat ik exact begrijp wat in hun ogen wel en niet kan.

Al slenterend over de 'braderie' kwam ik bij het grote kruispunt bij Chit Lom, waar een podium is gebouwd. Het volk wordt toegesproken en vermaakt met wat muziek. Ook hier is de sfeer rustig, bijna loom te noemen. Dat is eigenlijk ook niet zo gek als je bedenkt dat een groot deel van de menigte daar al zo'n week bivakkeert. Ik lijk niet te bestaan voor ze, maar blijf toch op mijn hoede. Ik zie een andere buitenlander uitgebreid foto's maken zonder dat er ook maar één red shirt aanstoot aan lijkt te nemen. Zelf doe ik het toch liever vluchtig. Dit is ook pas mijn eerste oorlogsreportage. Hopelijk ook mijn laatste trouwens, maar dat moet ik helaas betwijfelen.

vrijdag 16 april 2010

Hua Hin

Na het Westerse en Chinese nieuwjaar was het de beurt aan Songkran, het Thaise nieuwjaar dat altijd gevierd wordt van 13 tot en met 15 april. De vorige twee edities was ik in Bangkok gebleven, waar het traditionele watergooien drie dagen achtereen plaatsvindt en je als farang een populair doelwit bent. Best leuk om een paar uurtjes aan de watergevechten deel te nemen, maar drie dagen achter elkaar is mij, en vele Thai en farang met mij, ruimschoots teveel van het goede.

Dus ontvluchtte ik Bangkok op mijn vrije dagen en streek ik neer in badplaats Hua Hin, 200 kilometer ten zuiden van Bangkok, aan de westkant van de baai (voor de geografisch onderlegden). Hua Hin is een toeristisch stadje. Vanwege de relatieve nabijheid van Bangkok vind je er niet alleen buitenlandse, maar ook veel Thaise toeristen uit de hoofdstad. Toch is het vrij rustig en gemoedelijk. Minder buitenlands klootjesvolk dan in Pattaya en sommige plaatsen op Phuket en Samui. De koning heeft er sinds jaar en dag zijn buitenhuis, dus dan kan het er niet slecht toeven zijn, toch?

Ik had gezelschap van Mod, een leuke dame die ik sinds een aantal weken ken. Ze werkt in hetzelfde gebouw als ik. Gelukkig zijn Bangkok en Chiang Mai de enige steden waar men zich drie dagen lang overgeeft aan infantiele impulsen. In Hua Hin houdt men het bij de 13e. We liepen dus alleen gevaar op de eerste dag tijdens de voettocht van bus naar hotel. Mod heeft een hekel aan het watergooien. Ik zette mijn 'don't fuck with me' gezicht op en we wurmden ons door de feestende menigte, die ons gelukkig redelijk ongemoeid liet. Met redelijk droge bagage bereikten we het keurige hotel dat op steenworp afstand van het strand ligt en geboekt was door mijn reisgenote. Mission accomplished.

Vervolgens een paar dagen heerlijk gerelaxed. Dobberen in de zee, op een strandbed liggen, eten en Nederlandse televisie kijken. Het hotel bleek namelijk te beschikken over een overvloed aan buitenlandse tv kanalen, waaronder een Nederlandse. Zo werd ik woensdagochtend wakker met Toine van Peperstraten die mij vertelde dat Twente verloren had bij AZ. Ajax gaat dus zo goed als zeker de dubbel pakken (zo denken Ajacieden nu eenmaal). Best leuk om weer eens wat eredivisie en andere programma's te zien. Middels de reconstructie van de zaak Lucia de B. kon ik concluderen dat Nederland in sommige opzichten net als Thailand een derde wereld land is. Als je denkt dat ik overdrijf, noem mij nog eens een land waar de bekerfinale niet gespeeld kan worden vanwege dreigend supportersgeweld. Nou? Overigens pakte de beschikbaarheid van een Nederlands kanaal niet alleen positief uit. Man, wat schrok ik toen ik de buis aanzette en geconfronteerd werd met aanblik en stemgeluid van Lucille Werner. Toch een nachtje slecht van geslapen.

Het was prettig om weer eens wat schone lucht in te ademen en even aan de hectiek van Bangkok te ontsnappen. Ook een leuke tijd gehad met Mod. Het is altijd lekker om er even uit te zijn, maar na een paar dagen toch ook weer fijn om weer de metropool binnen te rijden. Lang de tijd om na te genieten had ik niet, want de volgende ochtend (vrijdag) ging mijn wekker alweer om 5 uur omdat ik heen en weer moest naar Singapore voor een vergadering van zeer beperkt nut. 's Ochtends half zes de deur uit. 's avonds elf uur weer thuis. Waar is de tijd gebleven dat ik baalde als ik helemaal naar die klant in Zwolle moest? Ach, het hoort erbij.

Ik hoef geen uitgebreid verslag te geven van de politieke situatie, misschien moet ik slagveld zeggen. De vreselijke escalatie van vorige week zaterdag is breed uitgemeten in de buitenlandse media. Ik heb er tot nu toe nog steeds weinig last van. De red shirts hebben zich verplaatst van het gebied waar de overheidsgebouwen geconcentreerd zijn naar het centrum van de stad. De hommeles is daardoor wat dichterbij gekomen, maar ik hou het nog wel heel even uit zonder shopping mall bezoek. Ik zie de rode idioten vaak rondrijden in de stad, de brandstof industrie vaart er wel bij. De eerder beschreven carnavalsfeer is er inmiddels wel vanaf. De red shirts worden steeds fanatieker en de weerzin bij hun tegenstanders steeds groter. De kloof groeit dus en daarmee het explosiegevaar van het conflict. Verkiezingen kunnen haast niet ver weg zijn. Zou Thaksin dan toch terug komen? Houdini zou erbij verbleken.

woensdag 7 april 2010

F***ing hot!

Ik mag jullie er graag af en toe aan herinneren dat het hier lekker warm en zonnig weer is, in tegenstelling tot in Nederland. Aangezien ik op afstand vernomen heb dat de Hollandse winter dit jaar ongenadig koud is geweest en het lenteweer erg lang op zich heeft laten wachten, wil ik jullie toch even een hart onder de riem steken door te melden dat het hier ook niet altijd even prettig toeven is. De weergoden lijken
dit jaar te willen benadrukken dat April in Thailand de heetste maand van het jaar is. De afgelopen dagen loopt de temperatuur tegen de 40 graden en er is bijna geen wolk te bekennen. Tijdens mijn tweeenenhalf jarige verblijf hier, heb ik het nog niet zo heet meegemaakt. Ik zie aan de Thai dat het momenteel ook voor hun niet te harden is.

Het kwam dus wat ongelukkig uit dat ik afgelopen weekend een voetbaltoernooi had. Vanwege de weersomstandigheden had het meer weg van een uitputtingsslag. Op zaterdag heb ik 110 minuten gespeeld, op zondag 140 minuten. Helaas ben ik niet het type dat het in dit soort omstandigheden even wat rustiger aan doet. Ik heb van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat veel water gedronken, maar het vochtverlies is niet bij te houden en ik werd 's nachts toch met een droge bek wakker. Daarna heb ik nog twee dagen nodig gehad om weer op sterkte te komen. Niet echt gezond.

Wat ook niet gezond is: te fanatieke voetballers op een gezelligheidstoernooi. Het evenement wordt georganiseerd door de German All Stars, die diverse voetbalteams uit de regio uitnodigen. Ik was gevraagd om mee te doen bij Shanghai Krauts. Grappig dat clichés over landen vaak blijken te kloppen. In dit geval doel ik op de Duitse 'puenktlichkeit'. Hoewel de meeste teams hier naast het voetballen ook komen om lol te maken en 's avonds op stap te gaan, begon het toernooi beide dagen om 9.00 uur. En 9.00 uur is voor de Duitse organisatoren 9.00 uur, geen 9.01! Zo kwam het dat ik op zondag om 9.04 uur in aanraking kwam met een deelnemer die in Singapore op het vliegtuig naar Bangkok was gestapt om hier op een voetbalveld zo hard mogelijk met zijn ellebogen om zich heen te zwaaien. Wellicht was hij door de hitte bevangen.

Hoe dan ook, na mijn ongewenste contact met de Luftwaffe zat ik even later in het ziekenhuis waar de wond op mijn hoofd vakkundig gehecht werd. Helaas werd de tetanusprik die in het pakket inbegrepen zat minder vakkundig uitgevoerd, waardoor ik twee nachten op rij nauwelijks geslapen heb vanwege de pijn in mijn arm, maar ook dat gaat wel weer over. Uit een eerdere passage in dit verhaal kun je afleiden dat ik daarna wel verder gevoetbald heb. Ik voelde me dan ook een echte John de Wolf. Jammer dat ze me bij het ziekenhuis geen enorme bandage hadden aangemeten, zoals ze bij hem ooit wel deden. Nu liep ik met een lullig klein pleistertje. Dat deed naar mij idee geen recht aan de ernst van de blessure en de helse pijnen die ik trotseerde. Niemand die zong: 'wie is er bang voor de boze Toeter'.

Wel leuk dat Carlos Alberto ook meedeed aan het toernooi (zie foto). Voor wie niet weet wie dat is hierbij de introductie uit wikipedia:
"Carlos Alberto Torres (born July 17, 1944, Rio de Janeiro) is a former Brazilian footballer, one of the most highly regarded defenders of all time. He captained Brazil to victory in the 1970 World Cup and is a member of the World Team of the 20th Century, as well as the U.S. National Soccer Hall of Fame. Carlos Alberto was named by Pelé as one of the top 125 greatest living footballers in March 2004."
De beste man liet zich niet van de wijs brangen door de hitte, slofte wat rond, probeerde iedere bal die hij kreeg door de benen van de tegenstander te spelen (wat regelmatig lukte), liet zich om de paar minuten wisselen en genoot verder van zijn peukie. Mooi vent.

De hitte heeft nu ook de hoofden van de red shirts tot het kookpunt gebracht. De afgelopen dagen zag je ze nog geregeld vrolijk toeterend, zingend en zwaaiend door de stad rijden. Best grappig, net carnaval. Echter, ook carnaval begint op den duur te vervelen en de inwoners van Bangkok vinden het nu toch echt de hoogste tijd dat ze weer oprotten. De red shirts hadden echter andere plannen. Ze zijn vandaag het parlement binnen gedrongen. De parlementsleden, inclusief de ministers en premier, moesten in allerijl in veiligheid gebracht worden. Reden genoeg om in heel Bangkok de noodtoestand af te roepen. Ik ben benieuwd hoe dit zich verder gaat ontwikkelen. Hopelijk zakt de temperatuur weer snel tot onder de 35 graden. Kunnen we allemaal weer normaal doen.

vrijdag 2 april 2010

Gastschrijver nummer 2

Het lijkt een nieuwe trend te
zijn, maar dat is het niet: gastschrijvers op mijn blog. Toch leek het mij wel leuk om mijn ouders verslag te laten doen van hun bevindingen in Bangkok. Hierbij het relaas van mijn vader.

Omstreeks 1 oktober vorig jaar liet Maarten ons met een lullige smoes (“ik voel me te ziek om 3 oktober te komen vieren”) weten niet naar Nederland te komen. Daarop besloten Helma en ik onder het motto “als Mohammed niet naar de berg
komt, dan komt de berg wel naar Mohammed” om hem dan maar op te gaan zoeken en in Bangkok op inspectie te gaan. Eind februari, begin maart leek ons een geschikte periode: ik was net met pensioen gegaan en het viel nog in de droge
periode.

In de vroege ochtend van vrijdag 26 februari kwamen we aan. Van ons bezoek van een jaar geleden hadden we geleerd hoe om te gaan met taxichauffeurs.
In Nederland wordt regelmatig geklaagd over het gedrag van dit soort lieden, maar in Thailand – met name in Bangkok – kunnen ze er ook wat van:
les 1: ga niet in zee met chauffeurs die op je afkomen, maar kies zelf een taxi;
les 2: laat altijd de meter aanzetten en ga niet in op een “mooi prijsje”, zeker niet als dat betekent dat je ook nog even langs een winkel met kleding of sieraden moet gaan;
les 3: als het je niet bevalt direct de taxi verlaten, al is dat in het drukke verkeer niet altijd eenvoudig.

Als thuisbasis hadden we het hotel dat vorig jaar ook goed was bevallen: Imperial Queens Park, niet te gek ver van de omgeving waar Maarten woont en werkt. Een gebouw van 36 verdiepingen met 1250 kamers en twee grote zwembaden.
Eerst zijn we maar eens de uitspraak van Maarten gaan testen dat je in Bangkok letterlijk en figuurlijk op niveau kunt borrelen (zie zijn blog van 30 oktober). Een ‘heerlijk, helder, Heineken’ gedronken in de open lucht in de Moon Bar van Vertigo, op de 61e verdieping van de Banyan Tree. Helaas was dit keer Bono niet aanwezig om voor ons 'Hello, hello, I'm at a place called Vertigo' te zingen. We hebben Maarten er wel even op moeten wijzen dat er een nog betere plek is om Bangkok met zijn 10 miljoen inwoners van bovenaf te bekijken. Dat is namelijk de Baioke 2 Tower, waar je de 84e verdieping kunt bezoeken, die ronddraait. Dat het bezoek van zijn ouders Maarten een stuk meer zelfvertrouwen had gegeven bleek zondag wel, toen hij voor zijn voetbalteam tweemaal wist te scoren.

We hadden ingeschat dat Maarten na drie dagen wel weer even genoeg van onze aanwezigheid zou hebben. Dus voor 5 dagen naar Cambodja, waar we hebben genoten van het schitterende tempelcomplex van Angkor, een van de zeven wereldwonderen. Als echte Hollanders reden we ‘s avonds op fietsen, die het hotel ter beschikking had, naar het plaatsje Siem Reap om wat te drinken en te eten. Tweemaal zijn we terecht gekomen in de bij insiders wel bekende Red Piano Bar. Overdag vroeg op om met onze tuktuk met chauffeur (15 dollar per dag) een aantal tempels te bezoeken.

De eerste avond, maandag 1 maart, werd er op onze hotelkamer geklopt. Toen wij de deur open deden stond daar een delegatie van het personeel dat “Happy Birthday” voor de jarige Helma begon te zingen en haar een taart met bestek en servetten overhandigde. De taart zag er prachtig uit, wel mierzoet en met veel vette crème, iets te veel voor ons tweeën. Via het toilet hebben we dan ook ‘de onderwereld’ op deze lekkernij getrakteerd.

Na dit tripje weer back to Bangkok, waar Maarten ook weer was teruggekeerd na zijn verplicht bezoek aan Kuala Lumpur om InsightAsia in de vaart der volken naar grote hoogte (= omzet) te laten stijgen. Het was weekend, dus op naar de Chatuchak Weekend Market, Bangkok’s grootste markt met 5000 stalletjes, waar je alles kunt kopen, tot aapjes toe. Even wat anders dan de Leidse markten. Maarten heeft nog contact gelegd voor wat potentiële andere business (altijd goed, zeker voor het geval zijn baas het ‘simultane schaakspel’ van hem wint). Zelf heb ik me beperkt tot een nieuwe broek voor 11 euro. Op zondag moest Maarten weer voetballen (‘geen goals, maar wel goed gespeeld’) en hebben wij met Co van Kessel, een Nederlander die al 30 jaar in Bangkok fietstochten organiseert, een leuke fietstocht gemaakt in Bangkok en omgeving. Behalve fietsen ook een stuk met de boot, de gewone trein en de sky train.

Na dit weekend met Maarten werd het weer tijd om elkaar even niet dagelijks te zien, dus op naar Koh Chang, een van de grotere eilanden, op zo’n 350 km van Bangkok. Een ‘bounty eiland’ met prachtige stranden, waar we een heerlijke beach bungalow hadden. Iedere avond ergens op het strand gegeten, meestal vis (Lodewijk) of kip (Helma) met wat biertjes (voor de kenners: ‘met condoom’).
Zaterdag weer terug naar Bangkok met een busje. De chauffeur wist het nodige van voetbal, maar van de ‘bekende voetballer’ Maarten K. had hij nog nooit gehoord; hij zou in het vervolg wel op die naam letten. Aangekomen in Bangkok bleek dat Maarten de ‘Red Shirts’ bereid had gevonden om ons een soort 3 oktoberoptocht (‘zonder gaten’, zoals hijzelf schreef) aan te bieden. Hij had er zelfs zijn voetbalzondag voor opgeofferd! Verder hebben we een boottocht gemaakt op de bekende Chao Phraya rivier en aansluitend aan het water, tegenover Wat Arun, gegeten. De laatste avond hebben we afgesloten in de pizzeria van Maarten’s voetbalvriend Maurizio: is beslist een aanrader.

Al met al een zeer geslaagde trip met als resultaat van het onderzoek: Maarten voelt zich in Bangkok zeer op zijn gemak, maar is wel een echte Hollander gebleven, die over een week of tien weer even hier komt voor wat tennis (Unicumtoernooi) en WK-voetbal.